Extra

Cuuku vlucht

Het is vroeg in de morgen. Iedereen is aan het werk of is bezig met het eten. Cuuku komt uit huis en  kijkt naar de zon. Vandaag is de dag. de dag dat ze voor het eerst naar de Sapa Inca gaat. Een speciale dag die niet iedereen meemaakt. Ze loopt naar haar oma die het eten aan het klaarmaken is voor de familie. "Oma, kunt u kijken wat er vandaag gaat gebeuren'.Oma antwoord niet, maar ze schrijft iets in het zand. Een onbekende vlag die Cuuku nog nooit had gezien.Ze laat het voor wat het is en gaat weer naar binnen. Ze kijkt of haar kleding klaarligt voor zometeen maar dat hoort ze een knal. Snel rent ze naar buiten en ziet onbekende mensen. Ze dragen rare pakken en zien er opzich wel mooi uit. Als ze iets verder kijkt ziet ze wat ze niet wil zien. Er ligt bloed op de grond. Meteen rent ze naar haar oma en probeert haar naar binnen te trekken. Als ze in het huis zijn, is ze bang. Ze weet niet wat er gaat gebeuren. Ze ze wel de de mannen in die rare pakken naar richting de sapa inca gaan. Benauwd gaat ze naar weer naar binnen maar gluurt af en toe naar buiten.

Na een paar uur ziet ze die mannen weer terug komen. Niets vreemd, denk ze en gaat weer verder met omkleden. Ze is al bijna te laat en wil dat niet. Als ze klaar is met omkleden loopt ze nietsvermoedend naar de Sapa inca. Het moment dat ze hem zag was heel bijzonder en kan het zelf niet geloven. hwet begint met gebed en andere rituelen. Al snel is het avond en gaat weer naar huis. Als haar nu nog iets overkomt kan het haar niks schelen. Maar ze hoort iets vreemds en rent snel naar een veilige plek. Thuis is alleen oma. haar ouders horen toch allang thuis te zijn. 

De volgende dag is het stil in de straat. Nog niemand is wakker en er zijn nog geen dieren buiten. Cuuku loopt naar buiten en gaat op zoek naar haar ouders. Bij Het veld waar haar ouders werken is niemand. waar zouden ze zijn. Met veel vragen gaat Cuuku weer naar huis en dan ziet ze niks meer staan. Oma is er ook niet. Dan hoort ze geruis. ze sluipt naar buiten maar ziet niemand. Maar in de verte staan de rare mannen weer en wijzen naar haar. Snel rent ze weg met idee dat ze nooit ze snel is dan de mannen die haar achterna lopen. Dan ziet ze een klein straatje en staat af. ze verstopt zich achter iets en de mannen zien haar niet. Als ze weg zijn, rent ze steeds verder. ze is erg moe maar ze wil niet dat die mannen haar weer zien. 

Eindelijk is ze veilig. In een holle ruimte van de bergen zit ze te huilen. Waar is iedereen en waarom ben ik nog alleen over?